Продолжая использовать сайт, вы даете свое согласие на работу с этими файлами.
Paleogenetica
Deel van een serie artikelen over |
Stuifmeelcellen in meiose
|
––– Algemeen ––– |
Chromosoom · DNA · Erfelijkheid · Genetische variatie · Genoom · Mutatie · Nucleotide · RNA |
––– Onderzoek ––– |
DNA-analyse · Gentechnologie · Genomica · Sequencing |
––– Vakgebieden ––– |
Epigenetica · Klinische genetica · Mendel · Moleculaire genetica · Populatiegenetica |
|
Portaal Genetica |
De paleogenetica is een wetenschappelijke tak van de genetica, waarin men genetische monsters van fossiele brandstoffen en prehistorische fossiele resten van organismen analyseert. Van de monsters wordt genetische informatie (DNA of DNA-fragmenten) geëxtraheerd door middel van DNA-polymerase. Dit kan worden gekloond en gesequenteerd voor paleogenetisch onderzoek.
Paleogenetica is een relatief nieuwe tak van wetenschap. Hoewel al in 1984 een Amerikaans onderzoeksteam onder leiding van Allan Wilson van de Universiteit van Californië mtDNA materiaal uit overblijfselen van een quagga, een steppenzebra, die in de 19de eeuw uitstierf, geëxtraheerd heeft, wordt de Zweedse bioloog Svante Pääbo beschouwd als de grondlegger van dit wetenschapsgebied. Als eerste heeft hij in 1985 genetisch materiaal van een mummie gekloond. Het concept van paleogenetica hebben twee Amerikanen Emile Zuckerkandl en Linus Pauling in 1963 voorgesteld. Toen wezen zij al naar de toekomstige mogelijkheid om historische eiwitten en DNA-sequenties te reconstrueren.
DNA-onderzoek van archaïsch DNA heeft nieuwe deuren geopend voor het begrip van onder andere de menselijke evolutie, de verspreiding van de landbouw, de genetische fylogenie van de wolharige mammoet. Deze wetenschap kende bij zijn ontwikkeling tegenvallers en rampen. De onderzoekers ontdekten hoe gemakkelijk het fossiele DNA aangetast kan worden of verontreinigd raken met modern DNA-materiaal, wat aanleiding kan geven tot verkeerde conclusies.
Zie ook
Bronnen, noten en/of referenties |